mariken

Biografisch ABC
Inclusief 3 Gevallen van Jammer.

A. Amsterdam. Daar ben ik geboren, op 8 september 1965. Lang heb ik niet van de stad kunnen genieten, driehoog in Buitenveldert, want na een jaar verhuisden mijn ouders, twee broers en ik naar Vries (Zie: D: Drents Dorpje)

B. Bleu! Dat was ik vreselijk, op de lagere school in Vries. Het was spijtig dat ik zulk dun haar had, anders had ik mijn héle gezicht erachter kunnen verbergen.

>>…….>>>abc1

C. Creatieve Camouflagetechnieken. Daar waren we goed in, mijn vriendinnen en ik, in onze tienertijd. Niet alleen puisten en andere ontsieringen werden vakkundig aan het oog onttrokken, we wisten onszelf ook gehéél weg te werken. Zo gingen we naar de disco, als het regende (foto ontbreekt hier nog. Ik zoek me suf!)

D. Drents Dorpje. Vries, daar ben ik opgegroeid. Je hebt er een heide en een namaakhunebed.

E. Elf! Op deze belangrijke leeftijd werd ik fan van Abba en besloot ik dat zangeres zijn het allerhoogst bereikbare was in het leven.

F. Filmster. Filmster zijn leek me op elfjarige leeftijd het op-één-na-hoogst bereikbare in het leven. Het verlangen had minder te maken met een innerlijke drang tot acteren dan met het feit dat ik begreep dat je als beroemde actrice véél meer kans had op verkering met knappe acteurs.

G. Geschiedenisstudent in Groningen. In plaats van zangeres of filmster werd ik geschiedenisstudent in Groningen. Hm… Ging er ergens iets mis?
Ik begon met mijn studie in 1987 en heb hem afgerond in 1993. Mooie studie! Geschiedenis is een prachtig vak.

H. Hete Adem. Titel van de cd van DiaDame (ook wel gespeld als DiaDeem), het trio waar ik vanaf 1994 vele jaren in heb gezongen en waar ik de meeste liedjes voor schreef.
>>>>>>>>>>samen zingen
I. Instrument. Het 1e geval van jammer: ik heb nooit een instrument leren spelen. Ik heb een paar keer serieuze pogingen ondernomen, maar kon het geduld er niet voor opbrengen. Ik kan een paar akkoordjes op de gitaar aanslaan, en die zet ik dankbaar in bij het schrijven van liedjes.

J. Jeugdtheater. In 1996 zag en hoorde jeugdtheatermaker Rob Heiligers ons (ik en mijn kompaan Jothea Brouwer) zingen op het Noorderzonfestival. Hij vroeg ons – eerst nog alleen als zangeressen – om mee te doen aan zijn volgende productie. Vele producties volgden…

K. Koelbloedige Klusser. Dat ben ik sinds 2006, na een leven lang verzet tegen alles op het gebied van klussen. Nu trek ik bij de minste geringste opknapnood onverschrokken mijn kitpistool.

>>……..>abc2

L. Liedjes. Daar ben ik gek op. Als kind al: van Boudewijn de Groot tot de Beatles, van ABBA tot Dolly Parton. Liedjes, dat zijn: mooie melodieën, mooie teksten, mooie zang. Veel bas en drums hoeven van mij niet. Behalve natuurlijk als ik wil dansen.

M. MAVO-HAVO-VWO. Het was een boeiende middelbare schoolcarrière, vooral omdat ik op het VWO begonnen was. Ik wilde als tiener mijn eigen weg gaan en vooral níet doen wat er van me werd verwacht. Die ‘eigen weg’ leidde trouwens vooral naar de naburige discotheken.

N. Nageslacht. Dat heb ik niet! Gelukkig heeft mijn oudste broer onlangs toch nog voor een nakomeling in de familie gezorgd. Het voelt nu wat minder kaal. En ik roep gewoon: “Wij” hebben ons voortgeplant! Wat maakt het uit wíe dat precies heeft gedaan.

O. Optreden. Mijn eerste optreden ooit vond plaats in 1994, op het Noord-Nederlands Liedjesfestival, dat helaas niet meer bestaat. Aangezien ik altijd wezenloos verlegen was geweest (zie de B van Bleu) had ik niet gedacht dat ik zoiets ooit zou durven. Maar ik durfde, tot mijn eigen verbijstering, en wel met het zeer gewaagde lied ‘Tramlijn 8’. DiaDame, ons groepje, won meteen de juryprijs én de publieksprijs, we mochten een demootje opnemen en we kwamen op de radio. Er begonnen allerlei balletjes te rollen.

P. Poes. Eigenlijk heet ze Roesje, maar ik noem haar Poesjka Matroesjka Matrolletje Bolletje Bob, veelal afgekort tot Poes. Poes is in 2000 in het wild geboren en opgegroeid, toen opgepakt en in het asiel gestopt, waar ze uiteindelijk in juni 2001 door mij gevonden werd (of vond zij mij?). Na een tijdje flink wennen – zij vooral aan mij – zijn we nu de dikste vrienden.

>…>abc3

Q. Quark. Naam van het eerste bandje waar ik in zat, met o.a. mijn broer Maarten, en buurmeisje Barbara. Ik was 10 jaar, zong ‘nanana…’ en speelde de sigarendoosgitaar met elastieken snaren. Ons bekendste liedje was ‘De mensen van ons land’, geschreven door Maarten Jongman (13 jaar). Karakteristiek voor Quark was onze maatschappijkritische stellingname. Eerste couplet:
“De mensen van ons land, ze zijn allemaal getikt
Ze kopen maar, ze doen maar wat, ze weten niet eens wat
En als ze dan nog wát doen, dan gaat het zeker mis
Nananananana-nananááá-nanana.”
We zijn nooit doorgebroken buiten de Etstoel, onze eigen straat, en dat is het 2e geval van jammer.

…>>abc4

R. Rits. Titel van mijn eerste jeugdboek, uitgegeven bij Lemniscaat in 2005.

S. Smartlapmusical. (zie ook U van USVA-videocollectief) ‘Kegels liegen niet’, deze videofilm maakte ik in 1993 in het kader van een project, waarbij het de bedoeling was dat één scenario verfilmd werd in diverse filmstijlen. Ik bombardeerde ‘smartlapmusical’ tot filmstijl, en niemand protesteerde. Het was deze productie die mij op het spoor van liedjes schrijven zette. Hoe leuk filmen ook was, liedjes maken, dát was het helemaal!

T. Trouwen. Mijn burgelijke staat is, en is altijd geweest: ongehuwd. Is dit het 3e geval van jammer? Nee hoor. Vroeger was ik ‘anti’, toen was ik een tijdje vóór, vanuit opstandigheid tegen de antiburgerlijkheid, toen liet het me een poosje koud en nu denk ik: hm, wie weet, ik sluit niets uit.

U. USVA-videocollectief. De USVA is het cultureel centrum voor studenten in Groningen. In 1991 ging ik er voor de lol ‘ns een videocursusje doen, met een paar vriendinnen. Dat beviel en ik sloot me aan bij het videocollectief. Dit was een ontzettend leuke, creatieve en enthousiaste club mensen, en is erg belangrijk voor mij geweest in het ontdekken van tot dan toe niet of nauwelijks aangeboorde talenten. Ook al bleek ik uiteindelijk geen grote filmambities te hebben, ik ontdekte er wel het liedjes schrijven en zelfs het zingen (in het openbaar!).

V. Vegetariër. Dat ben ik sinds mijn 21e en het bevalt me vleselijk goed!

W. Wensen, voor de toekomst:
1) Boeken schrijven; liedjes maken, ook voor anderen; zingen; voorstellingen maken en spelen. Net als ik nu al doe dus.
2) Een musical schrijven
3) een liedjesprogramma maken en spelen.
4) Een kindertelevisieprogramma maken
5) Nog heel veel meer!

X. X-generatie. Daar schijn ik bij te horen, gezien mijn geboortejaar. Opgegroeid in de jaren ’70 en ’80, geteisterd door crisis en werkloosheid, vielen wij tussen wal en schip.
Ik weet niet, ik vind onszelf eerder de X-factorgeneratie, lekker fris en eigenzinnig tussen de babyboomers en de generatie van hún kinderen in.

Y. Yellow Submarine. Het 3e en laatste geval van jammer. De Beatles zijn geweldig, ik hou van ze sinds mijn 5e, en hadden ze niet de onbegrijpelijke behoefte gehad om dit zeikerige liedje op te nemen en uit te brengen, dan had ik ze kunnen uitroepen tot enige band ter wereld met alleen maar goede nummers.

Z. Zingen! Dat doe ik ontzettend graag, evengoed tijdens de afwas als op het podium. Favoriete vocalist: Freddy Mercury van Queen. Hij zingt ook mijn favoriete liedje aller tijden: ‘You take my breath away’.
NB: Ik heb het liedje niet in huis en wil het ook niet hebben, want alle eerdere ‘favoriete liedjes aller tijden’ werden minder favoriet toen ik ze ineens thuis kon horen wanneer ik wilde. Voorbeelden: ‘I want you’ van Elvis Costello, ‘I hope that I don’t fall in love with you’ van Tom Waits.

>>>>>>>>>>>>>>>>zingend meisje